Grasonderhoud kan soms best een uitdaging zijn. Hoe ligt het gras in jouw tuin erbij? Zijn er veel kale plekken zichtbaar? Onderzoek voor dat je je gazon onderhoudt wat de oorzaak is van kale plekken in je tuin. Oorzaken van kale plekken in het gras zijn te weinig water geven, te weinig maaien, een te zure grond of te veel mosgroei. Bij veel mos en onkruid moet je het gras bijvoorbeeld eerst verticuteren. Daarom lees je in dit stappenplan alles over grasonderhoud, zoals verticuteren, inzaaien en bemesten.
Lees dan hier ons stappenplan over verticuteren.
Een gazon dat niet goed groeit kan dus verschillende oorzaken hebben. Soms komt dit door insecten, zoals engerlingen en emelten. Dit zijn dikke witte of grijze larven die de wortels van je gras opeten. Gelukkig vallen deze insecten meteen op als je het gras controleert. Maar ook ronde, kale plekken of veel vogels op het gazon zijn een duidelijk signaal. Dit kun je oplossen door aaltjes te gebruiken – een natuurlijk en gifvrij middel om de insecten te bestrijden.
Op ieder gazon ontstaat er na een tijdje een soort viltlaag. Dit laagje bestaat uit dode grassprieten die zijn achtergebleven na het maaien. Hierop groeit mos. Verticuteren zorgt ervoor dat je je grasmat als het ware ‘uitkamt’, waardoor je gazon weer lekker luchtig is en kale plekken goed zichtbaar worden.
Gebruik voor het verticuteren een verticuteerhark of een verticuteermachine. Verticuteer het gras verticaal en daarna horizontaal. Zo weet je zeker dat je geen plekken op je gazon overslaat en groeit je gras sneller dicht.
Een verticuteermachine kun je bij GAMMA huren.
Probeer altijd op een droge dag te verticuteren. Op een nat grasveld kan je verticuteerhark vastlopen met modder. Heeft het de dag of avond van tevoren geregend? Dan kun je je gazon beter niet verticuteren.
Zijn er na het verticuteren wat gaten of kuilen zichtbaar? Dit is heel normaal. Vul deze gaten op met tuinaarde. Kale plekken in je gazon herken je aan gras dat wat flets geworden is.
Als de gaten zijn opgevuld, kun je gaan zaaien. Zaaien doe je bij voorkeur in het voorjaar of vroeg in de herfst. Graszaad ontkiemt namelijk alleen bij een bodemtemperatuur van boven de 10 graden. Bovendien regent het in die periode vaker en dat heeft het ingezaaide gras hard nodig. Strooi het graszaad op de kale plekken. Eventueel kun je het hele gazon bijzaaien. Bijvoorbeeld wanneer je het gras te dun vindt.
Voeg voor je gaat zaaien ook wat bodemverbeteraar toe. Zo krijgt de grond een luchtige structuur, waardoor je gras straks beter kan groeien. Of gebruik een handig 3-in-1 product: mest, bodemverbeteraar en graszaad in één.
Hark na het zaaien het graszaad lichtjes in en stamp het aan. Zo komen de zaadjes wat dieper in de grond te liggen, waardoor vogels de zaadjes er minder makkelijk uitpikken.
Wil je voorkomen dat het mos teruggroeit? Kijk dan goed naar de omliggende planten en schaduwplekken. Schaduw zorgt voor mosgroei. Snoei waar mogelijk de takken weg die voor te veel schaduw zorgen weg.
Om de zaadjes te laten ontkiemen, moet de grond vochtig zijn. Sproei het gazon daarom nog even licht na. Doe dit hierna dagelijks, behalve als het gaat regenen. Houd het weerbericht dus goed in de gaten. Zorg er ook voor dat je je gazon niet te nat maakt. Besproei het licht en niet te lang op één plek. Op deze manier voorkom je dat de pas ingezaaide plekken een modderpoel worden.
Blijf ook een tijdje van het gras af. Zijn de zaadjes voldoende ontkiemd? Dan kun je weer op het gras lopen. Het duurt ongeveer 6 weken tot het gras volledig is aangegroeid.
Blijf je gazon regelmatig sproeien. Vooral bij pas gezaaide stukken gazon is dit belangrijk. De wortels van een nieuwe grasmat zitten namelijk nog minder diep in de grond. Sproei bij voorkeur in de ochtend.
Hoe lang en hoe vaak je moet sproeien, hangt af van de grond. Heb je te maken met een kleigrond? Dan wordt water langer vastgehouden en hoef je minder lang te sproeien. Geef bij temperaturen rond de 20 graden een paar dagen per week ongeveer een half uur lang water.
Ligt er een zandgrond in je tuin? In zandgrond zakt het water snel weg. Sproei bij temperaturen rond de 20 graden daarom minimaal een paar keer per week een uur. Voor beide grondsoorten geldt: hoe warmer het is, hoe langer je sproeit.
Gebruik een automatische sproeier om je gazon te bewateren. Zo heb je er zelf geen omkijken meer naar.
