stappenplan

Zelf een stopcontact plaatsen

Een extra stopcontact aanleggen is veiliger dan het gebruik van losse snoeren. Bij het aanleggen van inbouw elektra vallen de leidingen en hollewanddozen mooi in de muur weg. Voor inbouwleidingen heb je daarom een ander type stopcontact en schakelaar nodig dan voor opbouwleidingen. Volg dit stappenplan om zelf inbouwelektriciteitsleidingen aan te leggen.

Let op!

Tegenwoordig moeten de leidingen van alle afzonderlijke lichtpunten, stopcontacten en schakelaars per kamer bij elkaar komen in minimaal één centraaldoos. In oudere woningen is dat vaak niet het geval. Woon je in een oud huis, maar zou je de leidingen graag willen veranderen? Doe het dan meteen goed en leg alsnog een centraaldoos aan.

Tip!

Koop liever te veel in dan te weinig. Heb je bepaalde materialen niet gebruikt? Dan kun je die in de originele verpakking en met de aankoopbon binnen 30 dagen bij ons retourneren.

stap 1

Een plan maken

Elektriciteitsleidingen aanleggen begint met het maken van een tekening. Zorg dat je voor de kortste, meest haakse route kiest. Tegenwoordig moeten alle leidingen van 1 ruimte samenkomen in een centraaldoos, deze vind je vaak in het plafond. De draden in deze centraaldoos lopen naar de groepenkast/meterkast. Je kunt extra draden verbinden aan de draden uit je centraaldoos voor een extra stopcontant, schakelaar of lamp. Geef in je tekening ook aan in welke kleuren installatiedraad van waar naar waar moeten lopen.

stap 2

De stroom uitschakelen

Schakel altijd in de groepenkast de stroom uit van het punt waar je de nieuwe draden op aan wilt sluiten. Controleer vervolgens met een spanningzoeker of de stroom echt volledig is uitgeschakeld.

stap 3

De horizontale leiding aanleggen

Laat inbouwleidingen alleen verticaal lopen, dus recht boven of precies onder het stopcontact of de schakelaar. Een dwars overstekende weggewerkte leiding is riskant. Als je bijvoorbeeld een schilderij wilt ophangen is het moeilijk te bepalen waar je dit kunt doen zonder een schroef of spijker in de leiding te steken. Is het nodig om horizontale afstanden te overbruggen? Doe dit dan onder de vloer of achter het plafond. Met een speedboor kun je de leidingdoorvoeren boren.

Tip!

Je kunt een elektriciteitsbuis ook buigen. Schuif een buigveer in de buis en buig het geheel rustig. Let op: maak flauwe bochten (tot maximaal 90 graden) om de vinyl beschermlaag van de buis niet te beschadigen.

stap 4

De hollewanddoos monteren

Teken de plaats van de hollewanddoos op de gipsplaat af. Met een gatenzaag maak je gemakkelijk een groot gat in je gipsplaat. Deze gatenzaag kun je bevestigen op een accuboormachine. Plaats de hollewanddoos en schroef deze vast.

Let op!

Zorg dat je hollewanddoos recht in de muur zit, anders zit je stopcontact scheef.

stap 5

De verticale leiding aanleggen

Maak eventueel elektriciteitsbuizen op maat met behulp van een ijzerzaag. Je eindigt met een hollewanddoos.

stap 6

De draden strippen en trekken

Schuif de trekveer door de elektriciteitsbuis totdat je de trekveer bij de hollewanddoos vast kunt nemen. Strip 5 cm van één van de draden. Steek deze door het oog van de trekveer en buig de draad om. Strip ook de andere draden. Met behulp van een combinatietang draai je deze draden vervolgens samen om de draad die aan de trekveer zit. Nu kun je de draden in de buis trekken, het beste doe je dit met z’n tweeën. Eén persoon trekt lichtjes aan de trekveer en de ander voert de draad aan de andere kant recht de buis in.

Let op!

Wanneer je de verkeerde draden op elkaar aansluit, kan er kortsluiting ontstaan. Gebruik dan ook altijd de juiste draad voor de juiste functie!

Tip!

Ga je draden trekken? Werk dan met z’n tweeën. Zo zorg je ervoor dat de draden niet beschadigd raken en dat geen enkele draad blijft haken. Wees niet bang om de tijd te nemen voor deze klus en werk zorgvuldig. Laat de installatiedraden opgerold in de doos zitten, dan raken deze niet in de knoop. Trek de draden rechtstreeks vanuit de doos de buis in.

stap 7

Het stopcontact monteren en de draden aansluiten

Knip de draden bij de hollewanddoos op lengte. Strip 1 cm isolatie van alle draden af. Sluit alle installatiedraden aan op het stopcontact en controleer of ze goed vast zitten.
Plaats het stopcontact in de hollewanddoos en schroef hem vast. Bevestig daarna het kapje.
Ga vervolgens naar de centraaldoos. Strip ook hier 1 cm isolatie van alle draden en steek ze in de lasklemmen.

let op!

Steek de draden in de lasklemmen met dezelfde kleur. Dus blauw bij blauw, bruin bij bruin en groen/geel bij groen/geel.

Zet de stroom weer op de groep en controleer of het stopcontact van spanning is voorzien. Zo niet, controleer dan alle aansluitingen bij het stopcontact en de centraaldoos nog eens. Als alles in orde is, kun je eventueel de lamp weer monteren bij de centraaldoos (eerst stroom er weer afhalen).