Welk tegelgereedschap heb ik nodig voor het tegelen?

Deze tegelsnijder gebruik je als je veel tegels op maat moet maken. Dankzij het geleidesysteem en een scherp snijwiel maak je altijd een rechte lijn. De tegelsnijders zijn vaak voorzien van een breekbek waarmee je de tegel op de vooraf ingesneden lijn breekt. Tegelsnijders met een geleidesysteem zijn er in verschillende maten. Deze maat bepaalt dan ook hoe groot de tegels kunnen zijn om te verwerken.

Een handmodel tegelsnijder gebruik je als je slechts een paar wandtegels op maat moet maken. Deze tegelsnijder is voorzien van een verstelbare aanslag waardoor het makkelijker is om meerdere tegels op dezelfde maat te snijden. Met de regelknop stel je de juiste tegeldikte in, waardoor het snijwiel makkelijk door het glazuur heen kan snijden. Voor vloertegels is deze tegelsnijder niet geschikt.

Een tegelsnij- en breektang is voorzien van een snijwiel. Hiermee snijd je een rechte lijn af op een geglazuurde wandtegel. Met de breekbek breek je de tegel op de vooraf ingesneden lijn.

Voor het incidenteel snijden van geglazuurde wandtegels kun je een tegelsnijder met punt gebruiken. Deze kan je gebruiken voor zowel rechte als niet-rechte vormen. Deze tegelsnijder is voorzien van een hardmetalen punt die alleen geglazuurde tegels snijdt. Voor vloertegels is hij niet geschikt.

Voor het maken van bijvoorbeeld een leidingdoorvoer teken je het gat op de tegel af en boor je met een glasboor (8mm) een gat binnen deze cirkel. Zaag het gat uit met behulp van een beugelzaag (met afneembaar gritzaagblad) en verwijder achtergebleven randjes met een speciaal hiervoor bedoelde gatentang of een ronde vijl.

De tegelkniptang (of knabbeltang) is er voor het bijwerken van gaten of andere vormen in keramische wandtegels. Nadat je de wandtegels hebt ingesneden met een tegelsnijder werk je de randen bij met deze tegelkniptang. Deze tang om tegels mee te knippen heeft een harde bek waarmee je eenvoudig kleine stukken van de tegel afknabbelt.

Met het schietlood kun je midden op de muur een verticale loodlijn uitzetten. Tegel van af dit punt naar links en naar rechts, zodat je een evenwichtig tegelpatroon krijgt met gelijke passtroken in beide hoeken.

Met een waterpas kun je ook een verticale lijn uitzetten. Je gebruikt ook een waterpas voor het stellen van de tegellat, waarop een eerste rij tegels wordt geplaatst.

Een timmermanspotlood is onmisbaar voor de tegelzetter. Handig voor de verticale- en horizontale lijnen op de muur. Ook op de vloer kun je met het potlood de startlijnen aftekenen.

Met een spanhoek kun je netjes ‘aan de lijn’ tegelen. Met het elastieken koord span je een rechte lijn tussen twee hoektegels die op een bepaalde afstand van elkaar staan.

Een tegelvijl is gemaakt van korrelig hardmetaal en daardoor geschikt voor het bijwerken van keramische tegels. Bijvoorbeeld om snijvlakken glad te maken of tegels exact op maat te maken.

Dit slanke model troffel gebruik je voor het aanmaken en opzetten van tegellijm. De pleistertroffel is er ook in bladvorm.

Een plakspaan gebruik je voor het aanbrengen van tegellijm op grote oppervlakken. De haakse vertanding kan verschillend zijn. Voor tegels tot 15cm gebruik je een vertanding van 6mm. Voor maten tot 25cm gebruik je een vertanding van 8mm en daarboven komen de tegels die een vertanding van 10-12mm vereisen. Bij een plakspaan met speciale tand wordt de lijm nog beter verdeeld over het oppervlak. Plakspanen zijn gemaakt van staal of RVS. RVS roest niet en gaat langer mee.

De slaglijnmolen is een handig aftekenapparaat. De molen is gevuld met krijtpoeder. Door de lijn uit de molen te trekken raakt deze bedekt met het krijtpoeder. Span de lijn strak tussen twee uit elkaar gelegen punten en trek deze een klein beetje omhoog. Laat hem vervolgens terugspringen en het krijtpoeder laat een exact rechte lijn achter.

Een lijmkam met haakse insnijdingen gebruik je voor het aanbrengen van tegellijm (en andere lijmsoorten) op relatief kleine oppervlakken en kleine maat tegels. Zeker voor de wat minder geoefende tegelzetter is het verstandig om niet meteen grote hoeveelheden lijm aan te maken en op te zetten. De lijmkam is verkrijgbaar in diverse vertandingen.

Een ronde zwarte bouwemmer gebruik je om een cementgebonden poederlijm aan te maken en te verplaatsen. Voor wandtegels kun jef ook kant-en-klare lijm kopen, die al in een handige emmer zit. Kant-en-klare pastalijmen zijn niet geschikt voor vloertegels.

Met een schuurbord van rubber breng je een voegmiddel aan op grote oppervlakken. Met een troffel breng je het voegmiddel op het rubber aan. Door het in een hoek tegen de tegels te houden en vervolgens uit te smeren breng je snel het voegmiddel aan. Restanten op het geglazuurde deel van de tegel verwijder je ook met het rubber.

Het voegrubber is ook bestemd om voegmiddel aan te brengen. Je kunt met een voegrubber wat kleinere hoeveelheden verwerken. Zeker voor de wat minder geoefende tegelzetter is het verstandig om niet meteen grote hoeveelheden voegmiddel aan te maken en op te zetten.

Met een inwasbord was je tegelvoegen in. Als het aangebrachte voegmiddel op het glazuur gaat indrogen is het tijd om de tegels in te wassen. Het inwasbord is voorzien van schuimrubber. Het inwasbord maakt het mogelijk om grotere oppervlakken in te wassen. Voor kleiner oppervlakken kun je ook een (inwas)spons gebruiken.

Met een kitspuit (of kitpistool) kun je onder andere siliconenkit of sanitairkit aanbrengen. Doe dit na het tegelen in hoeken die regelmatig nat worden, bijvoorbeeld in de douche. Het aanbrengen gaat een stuk makkelijker met een kitspuit.

Met een kitspatel strijk je net aangebrachte siliconenkit glad. De spatel heeft verschillende rondingen, waarmee je diverse modellen kitranden kunt maken. Besproei voordat je gaat gladstrijken de kit eerst met zeepsop.

Met een bot snijwiel is het onmogelijk om een mooie snijlijn te maken. Vervang daarom regelmatig het snijwiel. Vervangwielen zijn er in diverse maten.

Voor je spanhoek kun je reserve-elastiek kopen. Na een paar keer gebruiken gaat de rek uit het elastiek en is deze aan vervanging toe.

Na verloop van tijd raakt het krijtpoeder in je slaglijnmolen op. De afdruk wordt dan te vaag. Vul je slaglijnmolen aan met reservepoeder. Slaglijnpoeder is verkrijgbaar in de kleuren rood en blauw.

Voor het uitkrabben van een bestaande voeg gebruik je een voegenkrabber. Reservekrabmesjes komen van pas als het mesje in de voegenkrabber versleten is.

Vooral voor beginnende tegelzetters komen tegelkruisjes van pas. Ze helpen tegels gelijkmatig uit te lijnen. Tegelkruisjes zijn verkrijgbaar in diverse maten. De breedte van de voeg is een kwestie van smaak. Meestal worden de volgende richtlijnen aangehouden: tegels tot 5cm een voeg van 2mm, tegels 6-10cm een voeg van 2-3mm, tegels 11-25cm een voeg van 3mm, tegels boven 25cm een voeg van 4-6mm. Over het algemeen gebruik je op een vloer een bredere voeg dan op wanden.