Wil jij een binnendeur verven? Hiervoor kun je het beste zijdeglans acryllak gebruiken. Deze lak droogt sneller, ruikt niet, verkleurt nauwelijks en is minder milieubelastend. Zijdeglans acryllak heeft een mooie zachte glans en dekt extra goed. Deze verf is ook bestand tegen krassen en slijtage, waardoor jouw deur er straks weer een flink aantal jaar tegenaan kan.
Koop liever te veel in dan te weinig. Op de verpakking staat vermeld hoeveel m2 je kunt verven. Materialen in de originele verpakking kun je met de aankoopbon binnen dertig dagen retourneren. Verf die je hebt laten mengen kun je helaas niet terugbrengen.
Zorg voor een goed geventileerde, maar niet tochtende ruimte en een temperatuur van rond de 20°C. Je krijgt het mooiste resultaat als je het deurbeslag losschroeft en de deur uit de scharnieren tilt. Bovendien kun je dan sneller doorwerken. Werk het liefst bij daglicht om tijdens het verven geen stukjes oppervlak te missen.
Verf hecht het beste op een schoon oppervlak. Maak je deur daarom schoon met warm water met daarin een ontvetter. Spons de deur na met schoon water, nadat je het geheel hebt ontvet. Eventuele gaatjes en scheuren kun je opvullen met een geschikt vulmiddel.
Heb je te maken met een houten deur waar nog een intacte oude laklaag op zit? Schuur dit op met fijn schuurpapier (korrel 240-320). Ongeschaafd hout kun je het beste behandelen met middelgrof schuurpapier (korrel 180). Geschaafd hout hoef je uiteraard niet te schuren. Is je deur in slechte staat? Krab dan eerst de verfbladders weg met een verfkrabber en schuur het hout grondig met grof schuurpapier (korrel 80-120). Maak alles nog eens stofvrij met een zachte borstel. Plak alles wat je niet wilt schilderen af met afplaktape.
Gebruik een kwast voor de kleinere delen en een lakroller (voor watergedragen lak) voor de grotere vlakken. Verwijder losse haren door de kwast over een grof stukje schuurpapier te strijken. Haal een stuk afplaktape over de lakroller om loszittende deeltjes te verwijderen.
Roer de grondverf goed door met een roerhoutje. Breng de grondverf royaal en in verticale banen aan. Verdeel de verf daarna in horizontale richting. Werk altijd van boven naar beneden. Zo voorkom je ‘druipers’ en kun je stof makkelijk vermijden. Rol na in lange banen, zodat je geen strepen in het schilderwerk krijgt. Schilder als laatste de rand van de deur. Laat de grondverf goed drogen. Na vijf uur is dit overschilderbaar.
Is de grondverflaag niet mooi glad, bijvoorbeeld omdat er haartjes in zitten? Schuur de deur dan nog eens glad. Als je langer dan 24 uur wacht met het aflakken van je deur, moet je de grondverf in ieder geval nog eens licht dof schuren met een fijne schuurspons (korrel 320). Schuren met een schuurspons zorgt namelijk voor een betere hechting.
Nu kun je beginnen met het schilderen van je deur. Houd dezelfde werkwijze aan als bij de grondverf. Gebruik het liefst een lakroller voor watergedragen lak. Deze roller kan, dankzij het korte vachtje, veel verf opnemen en vasthouden. De ‘zachte kern’ zorgt bij het rollen voor een gelijkmatig effect, zonder dat er irritante luchtbelletjes ontstaan. Deuren hebben meestal een tweede laklaag nodig. Zo weet je zeker dat jouw deur goed beschermd zal zijn tegen krassen en stoten. De eerste laag kun je na 16 uur overschilderen.
Verwijder de tape als de verf nog nat is. Als je de tape een langere tijd laat zitten, is de kans groot dat je de verflaag beschadigt bij het verwijderen, de tape scheurt en er lijmresten achterblijven door indroging. Lak heeft tijd nodig om goed uit te harden. Na een week is je deur volledig stoot- en krasvast.
Voor glad geschilderde deuren kun je het beste een lakroller voor watergedragen lak gebruiken. Deze roller kan veel verf opnemen en vasthouden tussen de korte vacht. De ”zachte kern” zorgt bij het rollen voor een gelijkmatig effect, zonder de vorming van luchtbelletjes.
Gebruik een acrylkwast
Gebruik een acrylkwast bij watergedragen lak of muurverf. Deze verven drogen snel, zijn slapper en laten zich daarom makkelijker aanbrengen met een kwast met synthetisch haar in plaats van varkenshaar. Het verfopnemend vermogen is zeer hoog waardoor je makkelijk de gewenste laagdikte aanbrengt en strakke lijnen kunt trekken met de verf.
Heb je jouw lakroller of kwast de volgende dag weer nodig? Wikkel deze dan in aluminiumfolie en zet deze in een potje schoon water. Als je helemaal klaar bent met je verfklus, kun je je kwasten en rollers het beste laten indrogen. Ingedroogde kwasten en rollers mag je dan gewoon in de vuilnisbak gooien. Schoonmaken met terpentine is slecht voor het milieu. Wil je het verfgereedschap toch graag schoonmaken? Spoel je kwasten en rollers dan schoon met terpentine in een glazen potje. Laat alles vervolgens goed indrogen. Natte verfresten en kwasten lever je in als klein chemisch afval bij het KCA-depot bij jouw gemeente.